Het Bretton Woods akkoord: de herinvoering van de goudstandaard
Stel je een wereld voor waarin de waarde van bijna elke munt direct is gekoppeld aan goud. Dit was geen fantasie, maar realiteit in de nasleep van de Tweede Wereldoorlog. In 1944 kwamen 44 geallieerde landen samen in Bretton Woods, New Hampshire, om een nieuw financieel tijdperk in te luiden. Het doel? Stabiliteit brengen in een door oorlog verscheurde wereldeconomie. Het resultaat? Het Bretton Woods Akkoord, een historisch verdrag dat de Amerikaanse dollar de wereldreservemunt maakte en de basis legde voor decennia van economische groei. Maar waarom viel dit systeem uiteindelijk uit elkaar? En hoe heeft het de financiële wereld blijvend veranderd? Lees verder en ontdek hoe Bretton Woods het speelveld van de wereldeconomie vormgaf.
De dollar als wereldreservemunt
In 1944 werd het Bretton Woods akkoord gesloten tussen 44 geallieerde landen, een mijlpaal in de financiële geschiedenis. Het akkoord, getekend in Bretton Woods, New Hampshire, creëerde een nieuw wereldwijd monetair systeem waarin nationale valuta’s werden gekoppeld aan de Amerikaanse dollar. De dollar zelf was gekoppeld aan goud, tegen een vaste koers van $35 per ounce. Hiermee werd de dollar de wereldreservemunt en het anker van het internationale financiële systeem. Alleen de dollar kon direct worden ingewisseld voor goud bij de Amerikaanse Centrale Bank.
De Verenigde Staten, met ongeveer driekwart van de wereldwijde goudreserves in handen, hadden dankzij de Tweede Wereldoorlog een dominante positie. Het Bretton Woods akkoord leidde tot de oprichting van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Wereldbank, die toezicht moesten houden op de internationale economische stabiliteit.
Systeem van vaste wisselkoersen
Onder het systeem van Bretton Woods werden vaste wisselkoersen ingesteld. Hoewel landen dollars konden inwisselen voor goud, oefenden de Verenigde Staten druk uit om deze optie niet te gebruiken. Dit versterkte de suprematie van de dollar in de wereldeconomie. Daarnaast werden internationale grondstoffen voortaan geprijsd en verhandeld in dollars. Landen die grondstoffen wilden kopen, moesten eerst dollars bemachtigen, wat de Amerikaanse economie een unieke machtspositie gaf.
Einde van Bretton Woods
Na bijna drie decennia kwam er een einde aan het systeem van Bretton Woods. De VS drukte meer dollars bij dan er goud beschikbaar was, voornamelijk om de kosten van de Vietnamoorlog en het ruimteprogramma te dekken. Hierdoor verloren landen vertrouwen in de dollar en begonnen ze hun dollarreserves in te wisselen voor goud.
In 1971 verzocht het Verenigd Koninkrijk om $3 miljard in goud om te zetten, wat een enorme druk op de Amerikaanse goudreserves legde. De Verenigde Staten waren niet langer in staat de vaste goudstandaard te handhaven. Op 15 augustus 1971 schafte president Nixon eenzijdig de mogelijkheid af om dollars in te wisselen voor goud – een gebeurtenis die bekendstaat als de Nixon-schok. Dit markeerde het definitieve einde van de Bretton Woods akkoorden.
Gevolgen einde van Bretton Woods
Met de Nixon-schok kwam er een abrupt einde aan de koppeling van valuta’s aan goud, en de wereld schakelde over op een systeem van zwevende wisselkoersen. De volatiliteit op de financiële markten nam toe, en de waarde van de dollar daalde sterk. In minder dan een decennium stortte de dollar in en werd het vertrouwen in de Amerikaanse munt flink beschadigd. De jaren zeventig stonden bovendien in het teken van twee olieschokken en de overgang van een industriële naar een diensteneconomie, wat leidde tot stijgende grondstofprijzen en economische instabiliteit.
Opkomst van de Petrodollar
In 1973 sloten de VS een overeenkomst met Saoedi-Arabië waarin werd afgesproken dat olie alleen nog in dollars verkocht mocht worden. In ruil daarvoor garandeerde Amerika militaire bescherming en economische samenwerking. Andere OPEC-landen volgden dit voorbeeld, waardoor de petrodollar ontstond. Dit systeem zorgde voor een blijvende vraag naar dollars en stelde de VS in staat onbeperkt dollars te drukken, terwijl overtollige dollars terugvloeiden naar de Amerikaanse economie via investeringen in staatsobligaties.
Het Bretton Woods akkoord was een van de belangrijkste monetaire verwezenlijkingen van de twintigste eeuw. Het systeem bood decennialang stabiliteit en groeide uit tot de ruggengraat van de wereldeconomie. Het uiteenvallen ervan in 1971 markeerde echter het begin van een tijdperk van financiële volatiliteit en veranderde de rol van goud en valuta voorgoed. Hoewel het systeem niet meer bestaat, blijft de impact van Bretton Woods voelbaar in de moderne economie.